Fighters Uncaged
Wanneer we de Kinect catalogus bekijken, is er één game die uit het oog springt en de indruk wekt dat het meer op de 'hardcore gamer' gericht is, namelijk 'Fighters Uncaged'. Tussen de schattige welpjes simulator, de dansgames, sportsimulaties en fitness- kloons zou dit weleens de eerste must have kunnen worden die de gouwe ouwe gamer over de streep trekt. Of ontwikkelaar AMA Studios hierin geslaagd is, kan je hier lezen.
In Fighters Uncaged kruip je volgens de handleiding in de huid van 'Simon', een taaie kerel die gedwongen wordt om mee te doen aan een geheim illegaal vechttoernooi. Een game met een verhaal zou je dus denken, maar wanneer je de game opstart, merk je hier echter niets van. Je krijgt een korte introductie te zien van zes vechters, waaronder het hoofdpersonage, en daar blijft het bij.
Vooraleer we ten strijde mogen trekken tegen de andere vechters zullen we eerst de moves moeten leren. Deze kunnen indien gewenst worden overgeslagen, maar helaas kan je dit enkel stap voor stap doen. Hier zal je verschillende vuistslagen, stampen en blocks onder de knie moeten krijgen.
Vechtersbaas
Wanneer we de bewegingen hebben aangeleerd, zal er met de coach moeten worden gespard, dit over drie gevechten, die telkens twee rondes duren. Wanneer dit eindelijk achter de rug is, mogen we aantreden in League 3, wat de laagste vechtersklasse in het spel is. Hier vinden we zes tegenstanders terug. Om progressie te maken naar de volgende klasse, zullen deze allemaal - in willekeurige volgorde - moeten worden uitgeschakeld. Het is echter niet voldoende om enkel te winnen, want je moet in ieder gevecht minstens een score van 6000 halen, wat repetitief overkomt.
Wanneer dit achter de rug is, mag je aantreden in League 2, waar je drie nieuwe tegenstanders krijgt, bovenop de zes tegenstanders uit League 3. Om het spel uit te spelen, zal je dus telkens opnieuw tegen dezelfde vechters moeten spelen. Veel variatie is er dus niet en de verveling zal dus ook snel toeslaan.
Om terug te komen op het beloofde verhaal in het spel: het heeft er geen en er zit zelfs bijna geen dialoog in.Voor je aan een gevecht begint zullen je tegenstanders één of twee zinnetjes uitspuwen en daar blijft het dan ook bij. Om progressie te maken, zal je trouwens vaak moeten ontwijken, want aanvallen alleen is niet genoeg. Een logisch concept zou je denken, maar helaas registreert de sensor je bewegingen de helft van de tijd niet correct.
Soms zal het slechts één vuistslag naar het spel vertalen, terwijl je er drie uit je mouw hebt geschud. Ook wordt tussen armen en benen niet altijd onderscheid gemaakt. Wanneer je bijvoorbeeld een uppercut geeft, zal je personage hier een Jump-kick uitvoeren. Vermits het spel zich zo focust op het gebruik van de Kinect-mogelijkheden, is het nogal ergerlijk als je niet het gevoel hebt dat het spel doet wat je vraagt. Als je dan ook nog klappen krijgt, ook al doe je wel de juiste zetten, ben je blij dat je geen controller hebt om door de kamer te smijten.
Huilen met de pet op
Om cru te zijn: de graphics lijken ook nergens op. De personages zijn niet al te goed vorm gegeven en de omgevingen zijn afschuwelijk. Gezien de setting van de game zou je toch denken dat er tijdens je 'straatgevechten' op zijn minst iemand voorbij komt wandelen. Niet dus, want buiten jou en je vijand is er geen kat te bespeuren.
Bij een goede fighting game horen natuurlijk opzwepende deuntjes, die je zin geven om iemand tot pulp te slaan, maar helaas is de soundtrack op zijn best irritant te noemen. Deze is zo ééntonig als de pest, de geluidseffecten lijken nergens op en de personages klinken allemaal even monotoon. Wie hoopte om een robbertje te vechten met vrienden, thuis of op Xbox Live, komt terug van een kale reis, want het spel bevat geen multiplayer, wat in dit soort spellen eigenlijk noodzakelijk is.
- Concept
- Slechte besturing
- Belabberde graphics
- Gebrek aan verhaal